21 december 2005

Vrede op aarde

Vrede op aarde in mensen van zijn welbehagen. Elk jaar met kerst zingen we dit lied weer en elk jaar zeggen we erbij dat het er nog niet op lijkt. De vrede op aarde is tot nu toe nog ver te zoeken. Verder dan ooit zou ik zeggen. Hoeveel mensen durven nauwelijks meer een krant te lezen omdat ze bepaald niet vrolijk worden van het nieuws dat wordt gebracht. Eerder bang! Zou het daarom zijn dat de grootse landelijke ochtendkrant regelmatig kopt met nieuws dat geen nieuws is. Uit de showwereld of de sportwereld. Een weggestuurde trainer of een gescheiden acteur kunnen we nog wel hebben. Daar kun je over meepraten zonder bang te worden. Maar kernbommen in Iran of een president van dat land, die verklaart dat Israël moet worden verplaatst naar Europa zijn beduidend enger. Vrede op aarde is ver te zoeken en de vraag is of het er ooit van komt. Als het aan mannen als Bush en Sharon of de Palestijnse leider Abbas ligt voorlopig niet. Om nog maar te zwijgen over de angst voor aanslagen in eigen land en zelfs de mogelijkheid dat de gasleidingen zo overbezet raken dat we hartje winter in de kou komen te zitten. Dat laatste is wel een bericht dat je raakt, want wees nu eerlijk, een aanslag in Jeruzalem voel je veel minder dan een koude kachel. Midden in de winternacht, ging de hemel open. We laten maar even in het midden of Jezus nu echt wel midden in de winter is geboren. Het feit dat we kerst in december vieren heeft meer te maken met onze eigen kalender dan met de geboorte van Christus. Feit is wél dat de hemel openging. De inktzwarte duisternis van deze wereld werd opgeschrikt door het zingen van legioen van engelen. Zij gooiden niet met bommen en kwam niet om te oordelen. Zij hadden God’s roadmap naar echte vrede bij zich. Dat begon met Ere zij God in de hoogste hemelen. Hoog Sammy, kijk omhoog Sammy zong Ramses Shaffy al jaren geleden. Dat is wat we meer zouden moeten doen. Ik verwacht niet zoveel van alle maatregelen die we op aarde treffen. Zeker, die zijn ook nodig, want zonder dat de overheid in ons land en daarbuiten de zaak een beetje in de hand houden wordt het al een hel op aarde. Belangrijk dus om een krachtige overheid te steunen, maar niet om een hemel op aarde te brengen. Alleen als we naar boven gaan kijken en zien, dat God zelf het initiatief heeft genomen de vrede op aarde te brengen kan het licht worden. In ons hart wel te verstaan. Want dat is zijn belofte, dat die vrede er zal zijn in mensen van zijn welbehagen. Dat is wat anders dan de afwezigheid van oorlog in zoveel mogelijk landen. Dat is vrede in je hart omdat je wéét dat de hemel uiteindelijk gaat overwinnen. Door Jezus, die helemaal mens werd is de hemel zo dichtbij gekomen. Dichterbij kan niet, want God had besloten Jezus de minste van ons allemaal te laten worden. Om ons zo de hand te kunnen reiken. Een gekruisigde hand wel te verstaan. Dat nieuws horen we niet graag met kerst, want dat klinkt weer zo bloedig. Toch is de vrijwillige overgaven van Jezus aan de dood het belangrijkste nieuws dat ooit op aarde werd vernomen. Je leest het niet in de kranten. Het zou wel het een mooie kop voor die landelijke krant kunnen zijn. God is mens geworden en heeft onder ons gewoond. Oud nieuws? Ja, dat wel, maar ook steeds actueler. Het wordt vrede op aarde, maar niet op onze manier. Als Jezus voor de tweede keer naar de aarde komt is Hij niet meer een kindje in de kribbe, maar een regerende koning, machtiger dan alle koningen der aarde. Het duurt niet zo lang meer. God is dichtbij. Dat is pas licht in de duisternis.

7 december 2005

Moslimfundamentalisme

Je kan geen krant meer openslaan of het gaat over moslimfundamentalisme en over moslims in het algemeen. Het proces tegen de Hofstad groep draagt daar natuurlijk aan bij. Maar ook de dreiging van terroristische aanslagen en de aanwezigheid van Amerika in Irak.. In Nederland schijnen er al meer dan een miljoen moslims te zijn. Niet allemaal fundamentalistisch en heus niet allemaal bereid en in staat om een aanslag te plegen. Maar wel bijna allemaal met veel overtuiging van mening dat het pas écht wat wordt in deze wereld als de Koran het overal voor het zeggen krijgt. En daarom ook wel blij met alles wat daaraan bijdraagt. Dat deze moslims over het algemeen geen hoge pet ophebben van onze samenleving kan ik me ook nog wel een beetje voorstellen. Er zijn heel wat vrijheden waar ik ook niet zo trots op ben. De vrijheid om de advertenties van sommige dagbladen te vullen met naar seks hijgende nummertjes geven nu niet direct een waardig beeld van onze christelijke samenleving. Het is natuurlijk wél zo dat juist deze samenleving onze moslimlandgenoten de vrijheid verschaft om te zijn wie ze zijn. Met alle denkbeelden over de Koran, Mohammed, het westen in het algemeen en Nederland in het bijzonder. Ze nog net niet de vrijheid verschaft om moorden te begaan, maar wél om openlijk te zeggen, dat aanslagen en moorden ergens toch wel goed zijn omdat ze het goede doel dienen. Wat is nu ons antwoord. De politiek vindt dat we meer en meer moeten duidelijk maken welk gedrag we niet tolereren. En denkt daarbij dan voornamelijk aan crimineel en opruiend gedrag. Nu is het probleem, dat moslims hun gedrag om van Nederland een moslimstaat te maken nooit als crimineel zullen waarderen en dus vol overtuiging door zullen gaan. Ik denk dat de oplossing juist in die overtuiging zit. Sinds wij in Nederland de christelijke God hebben afgeschaft en alleen nog maar toestaan binnen een paar beschermde muurtjes van een kerkgebouw is er ruimte gekomen voor veel andere ideeën. En niet alleen voor de zoete geuren van de New Age, maar ook voor het harde geweld van moslimstrijders, die nog wél in hun God geloven. Waar onze kerken leeglopen omdat we niet meer geloven dat er een persoonlijke God bestaat, die ook wat met óns leven te maken heeft is hún God een realiteit, die voor de meest fanatieke gelovigen zelfs extra erotische genoegens in het hiernamaals voorhanden heeft. Waar wij bang geworden zijn op onze christelijke scholen de lessen met gebed te beginnen en de bijbel als leidraad te nemen, wordt er op de bijzondere moslimschooltjes vijf keer per dag gebeden en hangen de muren vol met koranteksten. Wij hebben God verlaten. God die zich door Jezus Christus aan ons heeft laten zien. God die heel dichtbij gekomen was hebben wij verbannen uit onze levens. Er is maar één middel tegen moslimfundamentalisme. Als wij weer gaan bidden en onze harten openstellen voor de lévende God, de Vader van Jezus Christus, zullen we zien, dat Hij nog altijd een God van dichtbij is. Een God die levens verandert. Niet in aanslagplegende, levensverwoestend moslimfundamentalisme, maar in vergevende zelfopofferende liefde.

23 november 2005

Betrouwbaar?

Een meevaller van 3 miljard euro. Ik weet niet wat u zich daarbij voorstelt, maar ik eigenlijk helemaal niks. Wat is nou 3 miljard? En zeker als het over geld gaat. Daarom heb ik het eerst maar eens gedeeld door 4 miljoen. Dat is het aantal huishoudens wat we in Nederland hebben. Ik moest wel even nadenken met hoeveel nullen je mailjard en miljoen schrijft, maar goed, het rekensommetje leverde een getal van 750 euro op. Niet gering. Het betekent gewoon, dat als je de hele meevaller over de hele bevolking verdeelt – per huishouden wel te verstaan – we allemaal een extraatje hebben met sinterklaas van zo'n 750 euro. Ik denk voor de meesten van ons een welkome aanvulling op het decemberbudget. Maar goed, mijn methode zal op voorhand wel te simpel zijn. Ergens anders hoorde ik dat eerlijkheid en politucus zijn niet samen kunnen gaan. Als dat waar is zou het voor de hand liggen dat we helemaal geen 3 miljard over hebben, maar dat het alleen maar een trucje is om op die manier je eigen politiek te kunnen verkopen. Ik doe niet mee met die algemene beschuldiging, alhoewel ik het een vreemde zaak blijf vinden. Zoveel geld over hebben, waar we vervolgens met z'n allen nauwelijks iets van zullen merken. Betrouwbaarheid en doorzichtigheid, transparantie, zouden hier wel zo lekker zijn. In de kerk is het ook niet altijd even doorzichtig. De kerk wordt bevolkt door gewone mensen, die ook heel dikwijls allerlei bijbe­doelingen blijken te hebben. Dubbele agenda's noemen we dat. Dat betekent niet dat mensen twee keer zoveel tijd of dagen in hun agenda hebben, maar dat er twee verschillende dingen in hun agenda staan, zodat je nooit weet waar je echt aan toe bent. In de kerk spreken we elkaar daar wel op aan. Waar doe je het nu voor, voor God, voor je naaste of voor jezelf. Voor God is dan natuurlijk het meest juiste antwoord, wat dan ook dikwijls wordt gegeven. We noemen dat principieel. Voor je naasten kan ook wel. Dan heet het `barmhartigheid of naastenliefde en dat staat ook wel mooi op onze hemelse cv en vergroot tevens het aanzien van onze broeders en zusters. Voor mezelf is meestal het juiste antwoord maar het wordt zelden gegeven. Dat zet ons niet in een goed daglicht, dus laten we het maar zo. Voor God, voor mijn naaste. Er wordt wat leed veroorzaakt uit naam van God. Onze principes veroorzaken veel pijn. Ok, bij christenen zie je nooit zelfmoordaanslagen uit naam van God en voor God, maar wel heel dikwijls geestelijke en emotionele broedermoord. Voordat we de heren politici onder schoffelen vanwege hun vermeende kwalijke praktijken moeten we doen wat Jezus zegt: Kijk naar jezelf. Haal eerst de balk uit je eigen oog en dan de splinter uit het oog van Balkenende. Goed lezen wie de spinter heeft en wie ook weer de balk. Als we daar eerlijk over worden kon God wel eens heel dichtbij komen. Dat is soms ontluisterend, maar ook altijd verheffend. God is barmhartig en genadig en groot van goedertierenheid. Dat kun je van zijn kinderen niet altijd zeggen.

17 november 2005

Blij met een dooie mus

Blij met een dooie mus.

Deze week werd er een mus doodgeschoten. Hij had zich verschanst in het Frisian Expo Centre in Leeuwarden. Daar wordt binnenkort een nieuw recordpoging gedaan om 4 miljoen dominosteentjes om te laten vallen. Deze mus was alvast begonnen en de aanstaande kampioenen, die de recordpoging wilden doen, waren daar niet blij mee. Gelukkig waren er allerlei veiligheden ingebouwd, zodat niet alle steentjes in één keer gingen, maar een volgende keer wist je het maar nooit. Daarom werd er fluks een man met een buks besteld, die als vogeloverlastbestrijder zijn werk kwam doen. Dat mag je niet zomaar worden, vogeloverlastbestrijder. Daar gaat een jarenlange training aan vooraf en vooral het aanvragen van vergunningen. Veel vergunningen. Ontheffingen, uitzonderingsbepalingen en vergunningen. Tja, we moeten zuinig zijn op onze mussen. Dat vindt ook onze vogeloverlastbestrijder en daarom is er altijd een zorgvuldige afweging van belangen en een uiterst nauwkeurig nagaan van alternatieven. In dit geval werd de mus met één gericht schot om het leven gebracht en voegde zich daarmee in de vogeltjeshemel, waar die dag natuurlijk al vele duizenden vogels hem waren voorgegaan. Het verkeer, het milieu, maar ook de nodige katten en vossen eisen natuurlijk ook hun tol. De organisatie was blij met deze dooie mus. Maar toch was niet iedereen tevreden. Na publicatie in diverse kranten en op teletekst kwam de horde vogelbeschermers en dierenbeschermers in het geweer. Nou ja, zonder geweer natuurlijk, want het doodschieten van een mus is altijd nog vele malen ernstiger, in hun ogen, dan het verstrekken van een morning afterpil aan een mogelijk zwangere vrouw of zelfs het doden van ongeboren kindertjes. Op dezelfde dag was er het verzoek de abortuswachttijd van 5 dagen te veranderen in een flexibele tijd. Als je binnen 4 dagen op vakantie wil moet dat toch kunnen, nietwaar? Waar moet dat heen, hoe zal dat gaan. Wie is er bezig het gezonde denken te verstoren. Waarom hebben we het met z’n allen niet meer op een rijtje. Waarom smelten we bij gezond faunbeheer en liggen we niet wakker van de aardbeving in Pakistan. Zijn we iets vergeten? Wat zijn we kwijtgeraakt. Vorige week was ik in Afrika.. Mensen zijn daar 10 uur per dag bezig met de maaltijd van die avond. Iets anders dan ons kant en klaar hapje van de supermarkt. Dat staat na 40 seconden magnetron lekker te dampen. De rest van hun tijd vullen de mensen in Afrika veelal met het vereren van God. Wij hebben daar veel meer tijd voor, maar hebben God allang afgeschaft. Vandaar onzinnige recordpogingen en belachelijke reacties op het doodschieten van een mus. Als wij weer zouden weten, dat Jezus had gezegd; Gij gaat vele mussen te boven, zou we misschien iets kunnen merken van God, de almachtige Schepper, die altijd dichtbij is. Ook als wij Hem niet zien.

5 oktober 2005

Vreemdelingen

Het zal wel niemand ontgaan zijn. Het drama, waarbij een vrouw met haar kind van een flat af werden geduwd, waarna de man die duwde er zelf achteraan sprong. Ik hoop dat het ook niemand ontgaan is, dat de man een uitgeprocedeerde, psychisch zieke Afghaanse asielzoeker was. Ik weet natuurlijk niet wat hij het eerst was. Of toch wel, Afghaan natuurlijk. Geboren in een land met een cultuur die meer dan hemelsbreed verschilt van de onze. Een land, waar Amerika en zijn bondgenoten, waaronder ook “onze jongens” proberen een democratie te vestigen. Een land ook, waarvan de president van de Verenigde Staten zei, dat hij de terroristen eruit zou halen. We roken ze uit. En dat is geprobeerd. Er is heel wat gevaarlijk vuurwerk in Afghanistan terecht gekomen. Maar het is natuurlijk niet gevaarlijk genoeg om er weg te blijven. Mensen die ervandaan gevlucht zijn omdat ze er met geen mogelijkheid meer een normale toekomst kunnen zien, sturen wij gewoon terug. Beleid noemen we dat. Daar kan je de verkiezingen mee winnen en ons land blijft wat rustiger. Ja, hij was eerst Afghaan, maar daarna? Ik vermoed psychisch niet helemaal in orde. Dat moet wel voor het uitgeprocedeerd zijn komen. Ik ken ze ook in mijn omgeving. Mensen met een angstige blik in de ogen, schrikachtig, huilerig ook. Ze moeten terug naar hun land van herkomst. Ze weten, dat het niet veilig is. Ze zijn niet voor niks weggegaan, maar ze móeten. Ze zouden allemaal een hulpverlener, psycholoog, psychiater nodig hebben, maar ja, als je geen uitkering krijgt en niet mag werken, kan je zo iemand ook niet of nauwelijks betalen. En als je dan helemaal uitgeprocedeerd ben, wordt je óf apathisch, óf wanhopig óf je doet iets geks. De een vlucht weer naar een ander land, de ander duikt onder, ja we hebben weer onderduikers in ons land, en nog weer een ander springt van een flat. Een van de belangrijkste oorzaken van het oordeel dat Israël ooit over zich haalde was het feit dat men de vreemdeling onderdrukte. Sinds Abraham in Egypte verbleef als vreemdeling had God een zwak voor vreemdelingen. Zo een zwak, dat Jezus zich ermee identificeert. Ik ben een vreemdeling geweest en gij hebt mij niet gehuisvest. Het blijkt in de verkondiging van Jezus een reden te zijn om iemand de toegang tot de hemel te ontzeggen. Mensen die bij Christus horen zijn zelf ook een beetje vreemdeling geworden. Ze voelen zich niet meer thuis op een aarde, waar de geboden van God met voeten worden getreden. Juist daarom moeten mensen die bij Christus horen zich het lot van elke vreemdeling aantrekken. Dat kan door ze te laten onderduiken, maar ook door druk uit te oefenen. Politieke druk in onze eigen democratie. Daar is niks mis mee. Als wij dichtbij God zijn, mogen wij God dichtbij mensen brengen. Ook dichtbij vreemdelingen. Misschien wel juist bij hen.

28 september 2005

Waarom laat God het toe?

Het maakt je gewoon onzeker, die dalende, maar meestal overigens stijgende olieprijs. So wie so onzeker omdat het toch wel alles met het gezinsbudget te maken heeft. Meer en meer komt het voor dat mensen de auto niet meer gebruiken om verre afstanden te rijden omdat het zo duur geworden is. Goed voor het milieu wellicht, maar minder goed om contacten met verre familieleden en vrienden te onderhouden.. Maar daarnaast maakt ook de oorzaak van die stijgingen en dalingen erg onzeker. De oorlog in Irak was al een constante prijsopdrijver. Nu komen daar ook nog wekelijks terugkerende orkanen bij. Nooit geweten, dat een orkaan in het zuiden van de VS voor stijgende olieprijzen kon zorgen. Nu snap ik dat wel, maar ik had er nog niet eerder bij stilgestaan. Zouden die orkanen er eerder niet geweest zijn? We hadden toch nog niet eerder last van dit soort economische gevolgen. Er zijn – denk ik - meerdere oorzaken. Allereerst waren we nog nooit zo afhankelijk van olie als nu. Zonder energie, zonder olie dus staat de wereld stil. We hebben het meer dan ooit nodig om onze levenspeil te kunnen garanderen. De vraag is dus enorm hoog en dat drijft de prijs natuurlijk op, zeker als er een vermoeden van schaarste is. Ten tweede zijn we nog zoals nu geïnformeerd over de naderende rampen en de mogelijke gevolgen voor de olieproductie. Er is al angst en die wordt nog versterkt doordat we op elke zender en in elke krant dit vele malen herhaald zien. De krantenkoppen als “Angst voor Rita neemt toe” stellen ons ook niet direct gerust. Maar tenslotte – wat mij betreft – is er ook een erg vergeten aspect aan deze rampen. We roepen tegenwoordig God ter verantwoording als er iets ergs gebeurt. Waarom laat God het toe. Waar was God in New Orleans? Maar willen we dat echt wel weten? Zou God niet veel meer met rampen in de wereld te maken hebben dan dat wij – moderne – mensen nog willen zien. In de tijd van de Bijbel was het overduidelijk. Als er oorlogen of aardbevingen of overstromingen waren, had dat te maken met oordelen van God. Toe de zondvloed had plaatsgevonden riepen Noach en de zijnen niet: waarom liet God dit toe, maar bogen ze vol ontzag voor een God die zelfs de wind en de zee kon gebieden. Wij zijn geseculariseerd, of we nu gelovig zijn of niet. We roepen God op het matje en staan Hem niet toe ons ter verantwoording te roepen. Wij zijn niet beter dan de mensen in New Orleans of in Irak. Ook hier kan de stem van God worden gehoord. Het zou me niet verbazen in een land dat zover van Hem is afgedwaald. In West Friesland waar de paranormale en occulte zaken zelfs de kerken worden binnengedragen. God roept ons op ons tot Hem te bekeren. De hele dag, voordurend, strekt Hij zijn handen uit naar een ongehoorzaam volk. Hij heeft ons zelfs in oordelen lief met een oneindige liefde. En daarom is Hij ook in rampen en tegenspoed dichtbij. Heel dichtbij.

21 september 2005

God met ons

Zo hadden we dan weer de troonrede. Jarenlang was het een grote vraag of de troonrede zou worden besloten met een verwijzing naar God. In de vorm van een bede, een wens of tenminste het noemen van de Naam van God. Gisteren en vandaag heb ik daar niemand over gehoord. Overigens werd God nadrukkelijk genoemd aan het slot van de toespraak die Hare Majesteit namen het kabinet mocht uitspreken. Natuurlijk blijven we altijd een beetje in het ongewisse over welke god de majesteit nu bedoelt. Als het aan haar ligt zal het op zijn minst wel de christelijke God zijn, maar je kunt het net zo makkelijk opvatten als een verwijzing naar Allah of welke andere god dan ook. Maar goed, laten we daarover niet zeuren. Er is iets in ieder geval en in dit geval, het geval van de troonrede noemen we dat iets God en wensen we gemeenschappelijk dat iedereen beseft dat er veel tot hem gebeden wordt. Toch is God naar de rand van de samenleving gedrukt. In zijn boek de Amerikanen zijn niet gek zegt Charles Groenhuijsen dat er in Nederland eigenlijk niemand meer is die ontwikkelde vrienden heeft die naar de kerk gaan. In zijn Amerika, met al die nog niet zo gekke Amerikanen, is dat heel anders. Daar gaat iedereen ter kerke. En alle verdeeldheid in de maatschappij ten spijt, God is “after all”de God van Amerika, One Nation under One God. Hoe dat nou komt, dat God in Amerika zo dichtbij is en hier slecht een bijrol mag vervullen blijft vooralsnog een raadsel. Feit is dat openbare gebeden, uitgesproken door de Minister President hier voorlopig nog wel een illusie zullen blijven. Nu nemen we wel bijna alles over uit Amerika. De Hamburgers en de bijbehorende vetzucht, de films en het bijhorende geweld, de soaps en de bijbehorende echtscheidingen zijn in ons goddeloze land zomaar gemeengoed geworden. Zouden we God ook gaan overnemen. Het lijkt ondenkbaar, maar zou te zijner tijd de derde klas van de basisschool ook beginnen met het hijsen van de Nederlandse of europese vlag en uitroepen, dat we één land onder God zijn. Ik weet ook niet of ik daar wel zo naar verlang. Zolang het niet gepaard gaat met gezonde levensstijl, andere films en juist minder echtscheidingen maakt het ook allemaal niet zoveel uit. Waar ik wél naar verlang is naar een volk dat zich bekeert. Zich omkeert en de andere kant uit gaat kijken. Niet meer alleen 80 euro per jaar meer of minder – waar hebben we het over – niet alleen te hoop lopen voor materiële welvaart, maar een volk wat elkaar oproept God en de naaste te dienen. Uitkomt voor zijn christelijke wortels. God relevant maakt in heel het bestaan. Niet alleen als sluitstuk van een troonrede, maar als bron van het doen en laten van elke dag. Dan is God pas echt dichtbij.

14 september 2005

vreemdelingen?

Waarom zouden we ons druk maken? Om de duitse verkiezingen van aanstaande zondag. Om de vele doden die elke dag weer in Irak vallen door terroristische aanslagen. Om nieuwe dreigende orkanen. Om de opwarming van de aarde en de stijging van het zeewater? Het is zo ver weg of het duurt nog zolang. Soms worden we er even bang van als er nog meer media-aandacht is dan normaal, maar even later zijn we het ook weer kwijt. Het werk moet doorgaan, de kinderen vragen aandacht, Ajax Sparta Praag begint zo. Ook allemaal erg belangrijke dingen nietwaar. Waarom zouden we ons druk maken? Om oorlogen, geweld en rampen zolang het nog ver weg is. Maar ook in West Friesland, in Medemblik, in Andijk,, Hoorn, Enkhuizen en Stede Broek wonen ze. De mensen die gevlucht zijn. Van wie het leven gevaar liep, of die hun kinderen geen toekomst konden voorhouden. Sommigen zijn welkom. We maken een opvangcentrum of we zorgen zelfs voor een huurhuis. Maar anderen moeten maar afwachten of ze hier wel welkom zijn. Soms jarenlang. Ze hebben intussen prima geleerd om Nederlands te spreken en hun kinderen gaan naar school. Werken mógen ze niet dus leven ze van een kleine bijstandsuitkering. De spanning over de uiteindelijke beslissing vreet dagelijks aan ze. Soms worden ze bemoedigd. Door mensen met begrip, door handtekeningacties voor een éénmalig pardon. Som worden ze beangstigd. Door een rechter, die de zaak niet behandeld, maar voorlopig terzijde legt. De rechter mag dat, maar waarom vinden wij dat goed in een democratie als de onze. En hebben we met elkaar onze eigen welvaart intussen niet heilig verklaard. Zijn we nog wel in staat om met de ogen van ons hart te kijken naar vluchtelingen en rustzoekers. Of vinden we het makkelijker ze als onterechte of economische vluchtelingen te bestempelen. Dan is het gerechtvaardigd ze te gaan onderbrengen in vertrekcentra wat ongeveer hetzelfde is als een verrekcenrum. Dat is dan wel geen westfries maar is daarom niet minder duidelijk.

Het is altijd weer opvallen hoe de Bijbel spreekt over onze houding tegen vreemdelingen. Het is zo ongeveer de maatstaf voor de taal van ons hart. God kijkt hoe we met vreemdelingen omgaan en legt dat op Zijn weegschaal. Het is altijd heerlijk te weten, dat God dichtbij is. Dat Hij ons nooit inde steek zal laten. Maar God vraagt ons dichtbij de ander te zijn. Als wij ons hart sluiten voor de vreemdeling kan God ons hart ook niet bereiken. Waarom zouden we ons druk maken? Om mensen die ons nodig hebben om nog een beetje te kunnen geloven in de toekomst, in de mensheid, in een God die ook voor hen heel dichtbij is.

4 mei 2005

Bevrijding

Vandaag hangen de vlaggen halfstok. Straks zijn we twee minuten stil. Herdenken noemen we dat. Een goede zaak zou ik zeggen. We moeten leren van het verleden, dus moeten we er ook aan denken. Vanmorgen stond er in de Volkskrant een foto van drie joodse mensen en Beth Sjalom, het bejaardenhuis van de vrede. Ze zagen er nog prima uit voor hun boven de tachtig jaar. En als je dan leest – tussen de regels door trouwens – wat ze hebben meegemaakt, word je vanzelf wel stil. Ook zonder dat het acht uur is. Zij kunnen er niet aan terugdenken. Dat doet te veel pijn. Dat maakt dat ik me wat ongemakkelijk voel bij dit soort herdenken, Wat heb ik nu meegemaakt? En wat is er veranderd. Vandaag was er weer iemand in Irak, die zichzelf met bommen had beladen en zich midden onder het publiek opblies. In Israël is het wat minder, de laatste tijd. Misschien door een lange muur dwars door het land, maar misschien ook wel de stilte voor de storm. Wanneer wordt het beter? In december was ik bij de kerstavond van één van mijn kleinkinderen. Zo’n 150 in het wit geklede jongetjes en meisjes zongen op een aandoenlijke wijze over de vrede op aarde. Ik kreeg er echte tranen van in mijn ogen. Ineens begreep ik wat Jezus had bedoeld, toe hij zei: wordt als de kinderen. Toen de engeltjes van het podium afliepen zag ik dat er twee ruzie kregen. En niet zo’n beetje, want het was onmiddellijk meppen. Daar ging de vrede! Vanavond hangt de vlag halfstok en morgen weer in top. Dan vieren we bevrijding. Ik zal niet ontkennen dat het goed is om in een vrij land te leven. Maar in dit vrije land meppen we er allemaal nog lustig op los, al dan niet gewapend. Ik ben wat dat betreft een beetje somber, moedeloos zelfs. Het wordt nooit echt wat. Het meppen, vechten en moorden zit van binnen. Echte vrijheid begint dan ook niet met een regering, een grondwet en zelfs niet met respect voor elkaar. Echte vrijheid zit van binnen. Als we thuis mogen komen bij God, de Vader. Nu lijkt ook dat wel weer wat somber, want dat iemand wordt thuisgehaald zeggen we over het algemeen pas nadat hij of zij al dan niet door geweld om het leven is gekomen. Pas als je dood bent heeft niemand meer iets over je te zeggen dan God alleen. En daar ligt nu juist het worden. Ik hoor vanavond ook Jezus zeggen: als jullie het avondmaal eten denk dan aan mijn dood. Ik stierf in plaats van jullie. Door mijn dood en vooral ook door mijn opstanding is God in jullie leven al heel dichtbij gekomen. Niet meer te moeten vechten om er te mogen zijn, maar rustig geloven dat Jezus er voor jou was, dát is pas gedenken. En in dát gedenken is God dichtbij gekomen, heel dichtbij.

2 maart 2005

volwassen?

Wat kom ik het veel tegen in pastorale gesprekken. "Volwassen" mensen, die het gevoel hebben niet alleen te kunnen staan. Soms vervallen in allerlei onzekerheden en verslavingen. Voor hen schreef ik het volgende stukje:

Zoekend naar jezelf en naar God. Naar Zijn roeping in jouw leven. Naar jouw wil, jouw echte wil. Verward in een doolhof van gevoelens, gebeurtenissen, feiten, mensen, afhankelijkheden en onzekerheden. Huilen, soms. Wachten op versterking en zekerheid.

Is het de relatie met je moeder, je vader? Wat vormt je jeugd je karakter. Wat hebben ouders voor invloed. Wat duurt het lang voor we zelfstandig zijn. Misschien wel tot onze ouders er niet meer zijn. Steeds kijken ze mee bij alles wat we doen. Onwillekeurig wachten we op een goedkeurend knikje. Wat niet komt. Zelden of nooit komt. We wéten wel, dat het niet hoeft, maar we wachten toch en worden boos. Nu niet en vroeger niet. Boos en verdrietig. We voelen ons afgewezen. Door onze eigen ouders. Die ons nota bene gewíld hebben. Hoe verlaat ik mijn moeder, zodat ik haar weer toe kan laten als medemens en niet meer als opvoeder?

Zit het in jezelf? Had ik verkeerde verlangens? Stel ik te hoge eisen? Hoe is dat zo gekomen? Voor God is toch het allerhoogste nog niet goed genoeg. Niet goed genoeg. Nooit goed genoeg. O zeker, van genade kun je leven. Maar ik ben nooit goed genoeg.

Zit het in gebeurtenissen. Of heb ik een bril van onzekerheid en afhankelijkheid op, die mij de feiten verkleurd doen zien. Ze zijn er wel, maar iedereen ziet ze anders en dat maakt me soms boos (ze zien het verkeerd) en soms angstig (zie ik het dan zo verkeerd?)

Was het de leider, die meer steun moest verlenen. Of ben ik alleen maar teleurgesteld van binnen omdat ik van buiten wel wist, dat hij die steun niet geven kon. Heb ik gewacht of zijn goedkeurend knikje, zijn aanmoediging om door te gaan.

Campo Minado! Yellow&Blue