20 juli 2011

De God van mijn vader XXI Godsbegrip

Onze kerken worden bevolkt door mensen die er allemaal een eigen godsbegrip op nahouden. Dat God algemeen wordt gezien als Vader betekent eenvoudig dat je aardse vader dat begrip ingevuld heeft. Liefdevol en teder, streng en rechtvaardig, onbarmhartig en tiranniek. God is je Vader betekent: God is net als je vader. Als je geen vader hebt, neemt je moeder het over of een andere opvoeder. Het zit nog net niet in je genen, waar wel in alle opvoedings- en andere grootgroeikanalen. Je ademt je godsbegrip in en je ademt het uit. Natuurlijk kan het worden bijgesteld, maar daar gaat heel wat tijd en therapie overheen. En bij de meesten blijft het ongemerkt voortbestaan. Zó ongemerkt, dat als je inmiddels wéét dat God liefde is, Hij dat is op de manier van jouw vader. Barmhartigheid, genade, rechtvaardigheid, goedertierenheid of wat voor woorden je ook maar mag bedenken. Ze hebben allemaal hun kleur gekregen in je opvoeding. Niet door een woordenboek of een lesboek. In de soms harde praktijk van het leven. Dat godsbegrip nemen we mee als we ons bekeren. Natuurlijk verandert er iets als we "tot geloof komen". Ook dat is bij iedereen verschillend, maar altijd is er het begrip uit het verleden. Ook als dat begrip veránderd is is ons nieuwe godsbegrip gerelateerd aan dat uit het verleden. Niemand komt tot een juist godsbegrip door alleen maar de Bijbel te lezen of een cursus te volgen. Toch is iedereen er als de kippen bij om zijn of haar godsbegrip voor algemeen geldend te verklaren. Dat is wel te begrijpen, maar overigens volstrekt verwerpelijk. Als God Zelf al zegt dat we van Hem geen beeld moeten maken, wij dat vervolgens tóch doen en dan ook nog anderen dwingen ervoor te buigen, is dat niks meer of minder dan afgodendienst. Het lijkt heel vroom, maar het maakt de gemeente van God kapot! Als we daar nu eens al eerste afkomen. Van al onze godsbeelden! Er zijn geen goede godsbeelden. Die van mij niet en die van niemand niet. God is liefde, rechtvaardigheid, gerechtigheid, alwetendheid, een oude man met een baard (dat denkt bijna niemand meer) of een doorluchtige geest die lijkt op niets en dus iets is (heel erg in tegenwoordig). En al gauw weten we zeker dat Hij wil dat we zwarte kleren of rokjes aantrekken. Dat Hij wil dat we langzaam zingen of juist heel veel of snel. Dat Hij boos is of juist nooit kwaad kan worden. Het komt uit onze tenen, want het is zo vertrouwd. De allereerste bekering moet die zijn van ons godsbeeld, zodat we ook anderen weer de ruimte kunnen gaan geven zichzelf te zijn! Het gaat ons niet aan hoe een ander met God omgaat. "Of hij staat of valt gaat zijn eigen heer aan". Verwerpelijke betweterigheid leidt tot kerkscheuringen en persoonlijke vetes. Over de beschadigde zielen van kinderen van God, die zo snel mogelijk wordt geleerd zich te gedragen!! Niet op weg naar de vrijheid. Maar in de gevangenis van de overwegende mening in een bepaalde christelijke denominatie, kerk of gemeente. Laten we nu eens praktisch maken wat we geloven. Jezus zegt:"Niemand heeft ooit God gezien". Dat alleen al is voldoende argument om nooit meer aan anderen ons verwrongen godsbeeld op te dringen. Erover praten is trouwens nog iets anders dan opdringen. We moeten heus onze gedachten uitwisselen, want alleen sámen zullen we iets van begrijpen. Maar dat impliceert wel meer luisteren dan praten. Dat heeft nóg een voordeel: wat je zegt weet je allang. Dus leer je niks, zolang je praat. Toch?

Campo Minado! Yellow&Blue